Een meerderheidsaandeelhouder heeft in de vennootschap veel meer te vertellen dan de minderheidsaandeelhouder. De meerderheidsaandeelhouder kan, op grond van de uitkoopprocedure van art. 2:201a BW de minderheidsaandeelhouder ook uitkopen. De prijs wordt gebaseerd op de waarde van die aandelen.

Het probleem ontstaat als die meerderheidsaandeelhouder voor die tijd de waarde heeft ondermijnd en de minderheidsaandeelhouder vervolgens verplicht zijn aandelenpakket moet overdragen tegen die te lage prijs.

Dat wordt ook wel ‘tunneling’ of ‘tunneltjes graven’ genoemd. Misschien heeft u er wel eens van gehoord, maar wat houdt het nou eigenlijk in? En heeft het consequenties?

Tunneling komt erop neer dat die meerderheidsaandeelhouder zichzelf of aan hem verbonden personen of vennootschappen heeft bevoordeeld. Daarmee heeft hij de waarde van de aandelen uitgehold. Je kan denken aan verkoop van activa of deelnemingen tegen een lage prijs. Of bijvoorbeeld het verstrekken van leningen tegen onzakelijke condities waardoor ze per saldo nooit worden afbetaald. Daarmee is waarde verplaatst naar, bijvoorbeeld, die gelieerde vennootschap. Het staat klaar aan het eind van de tunnel maar vormt dus geen onderdeel meer van de oorspronkelijke vennootschap.

Maar goed: de waarde is de waarde en tegen die prijs mag op grond van de wet met de minderheidsaandeelhouder worden afgerekend.

Maar als het aan de rechter wordt voorgelegd bestaat er nu toch een grotere kans dat deze een correctie toepast op de waarde. Uit de combinatie van al die onzakelijke acties kan blijken dat er geen enkel ander doel was dan, bijvoorbeeld, de minderheidsaandeelhouder te benadelen.

De Ondernemingskamer had in 2019 al beslist dat dergelijke correcties mogen worden toegepast. Dit is voorgelegd aan de Hoge Raad,  en die heeft dit recent bevestigd.

De rechter kan dan op basis van een deskundig advies, bijvoorbeeld van een valuator, de gevolgen van die onzakelijke acties laten vertalen in een correctie op die waarde. Daarmee wordt inzichtelijk gemaakt wat er in kas zou zijn geweest als de onzakelijke transacties niet hadden plaatsgevonden. De minderheidsaandeelhouder krijgt dan meer dan hij hoefde te verwachten op basis van een gewone waardering. Hij staat niet meer machteloos tegenover de meerderheidsaandeelhouder en ontvangt zijn ‘fair share’.

Voor meer informatie, mail ons.